NVMe werd ontwikkeld ter ondersteuning van de hogere vereisten van NAND-flashopslag en extra bandbreedte van de PCIe®-interface.

Vroege PCIe SSD’s gebruikten vaak bedrijfseigen firmware waardoor de schaalbaarheid kon worden beperkt. NVMe kwam op als gestandaardiseerd en in hoge mate schaalbaar opslagprotocol voor het aanpakken van die problemen. 

NVMe SSD’s maken gebruik van parallelle, gegevenspaden met lage latentie. Dit betekent dat zij veeleisende werklasten aankunnen met een compactere infrastructuur in vergelijking met SAS en SATA SSD’s.

Dit type lage latentie is belangrijk overal waar NVMe wordt gebruikt, maar het is met name cruciaal in datacenteromgevingen. Door minder opslagapparaten en CPU-cycli te gebruiken om hetzelfde resultaat te behulpen, maximaliseren ondernemingen hun investeringsrendement voor opslaginfrastructuur, resulterend in een geringer ruimtebeslag en lager stroomverbruik.

PCIe (Peripheral Component Interconnect express) is de interfacestandaard waarop NVMe is gebouwd. PCIe-sleuven kunnen worden gebruikt voor grafische kaarten, SSD’s of HDD’s.

PCIe-sleuven zijn leverbaar in verschillende formaten, zoals PCIe x1, x4, x8 en x16. Met het getal wordt het aantal lanes aangegeven dat beschikbaar is voor dataoverdracht. Het vermogen van NVMe om gebruik te maken van meerdere lanes helpt bij het behalen van hoge overdrachtssnelheden.